Als maharadja's in India
Varanasi was toch wel de meest aparte stad van heel de reeks, mogelijk doordat ze zo oud is dat we er niet aanuit geraakten: een stukje moderne stad met goede wegen en een shoppingcenter (McDonald's zonder hamburger), stukken onverharde weg, veel vuil en afval en koeien, ... een onafgewerkt viaduct, bouwvallige huisjes en heel veel mensen die op straat lijken te leven - tussen hun heilige koeien dus. Om te beginnen hebben we Sarnath bezocht waar het Boeddhisme is ontstaan. 's Avonds hebben we een Hindu ceremonie bekeken, Aarti, aan de Ganghes. Een heel gedoe met wierook, kaarsen, bloemen en Guru's die men bezingt. Dit houden ze elke avond en heel veel mensen nemen hieraan deel. Net zoals het ochtendritueel: baden in de Ghanges. Wij konden toekijken vanuit een bootje en moesten gelukkig zelf het water niet in. Ook crematies gebeuren aan hun meest heilige rivier. Verder veel tempels bezocht (een met strenge militaire controle want enkele honderden jaren geleden heeft men een moslimmoskee gebouwd op de plaats van een hindutempel en nu willen de hindu hun tempel terug verhuizen) en de kitscherige Hindutempels eens binnenin mogen bekijken - ze spelen er meestal ook 'hare krischna' klinkende muziek.
We konden het niet laten te vragen of ze de koeien op straat zouden tegenhouden wanneer die een fruitstal willen plunderen. Dat wordt blijkbaar niet toegestaan, ook al zijn ze heilig :-) Hun heilige status en het feit dat ze de goden representeren is blijkbaar gegroeid uit het vroegere sociale-culturele belang van deze dieren: ze konden baby's melk geven, ze zorgden voor ossen die het veld konden bewerken.
Om naar Agra te gaan hadden we een nachtrein. We nemen alles terug wat we gezegd hebben over de Chinese stations: we verkiezen de massa en de drukte in China boven het station in Varanasi. Daar
wacht je immers tussen afval en bijhorende ratten en kakkerlakken. We hadden zoals gewoonlijk veel bekijks en na een 10tal minuutjes had een groepje middelbare schooljongeren genoeg moed bijeen
verzameld om een praatje met ons te maken. Naast het weetjes en grapjes uitwisselen viel het enorm op hoe serieus ze allemaal werden wanneer het over hun geloof ging - dit is voor hen veel meer dan
dat, het is een manier van leven.
Tijd om even stil te staan bij de Indiers. Overal zie je veel tempels met bloemenkraampjes om de goden te eren, velen hebben een rode stip op hun hoofd, er is veel drukte owv het durga-festival en
ook uit de menukaart blijkt hun geloof (groenten en kip en kip en groenten). Alle hotels hebben meer dan voldoende personeel en voor alles is er wel iemand om het in jouw plaats te doen. Iedereen
is ook heel vriendelijk en de felgekleurde sari's fleuren elk straatbeeld op. Evenals in China worden we vaak aangekeken, maar in tegenstelling tot de vluchtige curiositeit in China, worden we hier
echt aangegaapt. Vooral Lies kreeg veel blikken en het gestaar was naar onze normen heel onbeleefd. Sommigen vragen botweg zelf om een tip of om een grotere tip (voor iets waar je al voor betaald
hebt) en bij Lies gaat het er ook echt niet in dat er zoveel belang wordt gehecht aan het geloof, de natuur en de koeien op straat, ipv iets aan alle afval te doen (bij voorkeur grote hopen in een
rivier) en alle kinderen die op straat slapen. Verder beweren ze ook de oudste steden ter wereld te hebben, de grootste steden ter wereld, er staan we heel veel van de nieuwe wereldwonderen hier,
de uitvinders van de wiskunde en economie waren Indiers, ... Toch opmerkelijk dat onze tour dan enkel langs forten, steden, ... ging die door moslims werden gebouwd :-)
In Rajasthan heeft het tropische groen van de rijstvelden plaatsgemaakt voor rooige zandvlakten (met bijhorende woestijnvegetatie), palmbomen en ook exotische bloemen en vogels (ook hier kennen ze
een kingfisher) en in plaats van paard-en-kar zie je hier dromedaris-en-kar in het straatbeeld. De hotels voeren ons terug naar de Engelse kolonisatie en de omgeving, de koloniale huizen, het
zwembad in een tropische palmboom- en bloementuin met badmintonveld zijn heerlijk.
In Agra hebben we het prachtige Agra Fort bezocht en de fabelachtige Taj Mahal. Via de verlaten stad Fathepur Sikri naar Puskhar gereden waar we de enige
Brahatempel ter wereld hebben bezocht. Ook hier was een heilig meer waar gebaad wordt. Pushkar is een gezellig klein stadje met kleine winkeltjes vol kleurige stoffen en sari's.
Vervolgens een drukke dag in Jaipur: fotostop aan Hawa Mahal (palace of winds) wat we maar kitscherig vonden, olifantenrit - een stuk minder avontuurlijk dan in de jungle - naar
het amberfort, fotostop aan het waterpaleis en een paleis en museum van de Maharadja's bezocht. In Delhi hamburgers gevonden (hoezee) in het Hardrock Cafe en veel sightseeing
gedaan: de ruïnes van Qutab Minar, het Rode Fort en de Jama Misjid Moskee. Rajghat waar Ghandi herdacht wordt, India Gate (Indische versie van de Arc De Triomphe) en het presidentieel paleis.
Ondertussen zitten we al op dag 55 van onze reis en wachten we onze vlucht naar Bangkok af, een dagje niets doen en cinema (die grondig gesencureerd blijkt), blij dat we de moeilijk te verteren curries kunnen inruilen voor de Thaise keuken.
Bergreuzen in Annapurna - achter de wolken & neushoorns en olifanten in Chitwan
Na een 8u lange rit in een krakende toeristenbus komen we in de gietende regen aan in Pokhara: blijkbaar moesson in plaats van schitterende panorama's. Hoewel het gezellig is aan het meer, blijft
het weer de volgende dagen erg wisselvallig en brengen we de 2 dagen voor onze trekking door in cafeetjes met een pot thee en een boek (Michael Palin's Himalaya gevonden in de kleine straatjes van
Thamel). Op 24/6, al dag 36 van onze reis, lijkt het echter een heldere hemel te zijn en wanneer we in Nayapul aankomen, kunnen we in volle zon aan onze trek starten. Leuk... maar een erg hete en
daardoor zware klim tot aan Tikhedhungga. We zijn blij dat we een sherpa, Ale, hebben en we niet zelf onze zware rugzak moeten dragen. Onderweg kunnen we al genieten van prachtige rivieren,
watervalletjes, kleine dorpjes en enkele caravanen muilezeltransport waarvoor onze gids, Kiran genaamd, een trauma lijkt te hebben opgelopen. Eerste ergernissen aan onze gids die beslist dat we om
10u moeten lunchen. Ook zijn Engels is niet noemenswaardig (na 2 dagen ontdekt dat 'pistel' eigenlijk fishtail (mountain) moet zijn) en we merken dat we er meer plezier aan beleven te wandelen
zonder hem gezien zijn informatieve waarde niet zo veel voor stelt - we herkennen zelf wel een waterval wanneer we er een zien en elk dier of geluid kent hij enkel als 'insect'.
De dag erop een zware klim naar Ghorepani, maar de benen zijn goed en we lopen erg vlot. Te vlot voor onze gids die bleef vragen of we niet wilden pauzeren. Tijdens de lunch verdwijnt onze gids
omdat onze sherpa niet opdaagt... Wanneer hij terug in Ghorepani opduikt, blijkt onze drager ziek te zijn geworden onderweg... vanaf nu hebben we een porter-guide.
De volgende dag staan we om 4u45(!) op om naar Poon Hill te klimmen en jawel, na 2x vroeg opstaan, hebben we deze 3e keer wel geluk en zien we een prachtige zonsopgang en heel het
Annapurna-gebergte schittert. Na een stevig ontbijt (applepancake of course en chapati - de menu's in de verafgelegen en niet door wegen te bereiken bergdorpjes zijn beperkt) trekken we verder naar
Tadapani.
Na een koude nacht, we zitten op zo'n, 2800m hoogte, een ontbijt (jawel pancake en chapati) onder een stralende hemel met zicht op Annapurna South en Fishtail Mountain. Onze korte trek richting
Ghandruk gestart - of beter: onze eindebestemming was Landruk, maar toen sloeg het noodlot toe. Tim struikelt bij het dalen in de jungle (kleine paadjes, modder en boomwortels) met een open knie, 2
dikke vingers en een verstuikte enkel als gevolg. Rustig verder afgedaald en besloten in Ghandruk te blijven en onze trek een dag in te korten. Tim zijn enkel was immers al serieus opgezwollen. De
plaatselijke dokter bezocht voor creme en als goede echtgenote ('in ziekte en gezondheid') heeft Lies haar EHBO bovengehaald en Tim zijn enkel een kruisverband gegeven. Een hele mooie afdaling
terug richting Nayapul en een welkome hete douche in Pokhara.
Samengevat: heel mooie bergen, genoten van het wandelen en de uitzichten. Volgende keer Annapurna basecamp als bestemming.
Nog een goed adresje in Pokhara: Caffe Concerto met zelfgemaakte verse pata, mmmmm. We verkiezen trouwens nog altijd het Tibetaanse eten boven China en ook Nepal: Dal Bhaat is vrij eentonig en
Newari eten bestaat vooral uitgedroogdezaden.
Naafscheid te hebben genomen van de Himalaya,zijn wezuidelijk gereden naar de Terai, het grensgebied met India (dus smeren tegen malaria) waar we de jungle in Chitwan hebben bezocht. Jungle dus dit
betekent tropisch weer, tropische planten, tropische diertjes (jawel een dikke vieze spin gezien, gelukkig wel op veilige afstand)... en natuurlijk moest het Lies weer overkomen: bezoek van een
bloedzuiger.
Het hoogtepunt was onze 2u durende oflifantentocht die je diep in de jungle brengen. Ongelooflijk! We hadden een kleine maar enorm vinnige olifant, met oren die altijd op en neer gingen vaak tegen
onze voeten,die altijd voorop liep waardoor we veel hertjes en apen hebben gezien. Helaas geen neushoorns tegengekomen die dag, van op een olifantzou je immerstot vlak naast ze kunnen komen omdatze
dan geen mensen ruiken. De dag erop konden we er echter 2, vader en zoon, zien baden in de rivier vanop een 10tal meter afstand. We konden ze horen grollen van plezier.
Ook geweldig om te zien hoe die olifanten luisteren naar hun baasje: op bevel maken ze de weg vrij en breken ze struiken en takken af zodat wij, de passagiers, er niet tegen zouden botsen - ze
steken ons droog de rivier over - onze 'chauffeur' had ook een nieuwe stok nodig dus de olifant brak er een af en gaf het aan hem.
Lumbini was een korte tussenstop voor de grens waar we de geboorteplaats van prins Siddhartha, alias Buddha, hebben bezocht. We waren niet echt onder de indruk :-)
Namaste Nepal
Ondertussen meer chaos: we komen te weten dat ons transport er niet is geraakt door enkele landverschuivingen onderweg naar Kathmandu, we zullen dus met enkele anderen een busje moeten delen en we moeten nog even wachten. Het busje bleken 3 jeeps te zijn waar een 25tal personen + bagage in moesten. Volgens onze Nepalese begeleiders moesten we over 2 landverschuivingen zien te geraken... naar ons gevoel passeerden we er tientallen. Ook op de wegen dus chaos in vergelijking met de Chinese banen. Een maal hingen we zo ver opzij dat we alle 4 (jawel, we deelden onze jeep met Remco en Melissa + achterin de koffer nog enkele Canadezen) ervan overtuigd waren dat we gingen kantelen. Toen we bij de 1e landverschuiving aankwamen, hebben we die maar te voet overgestoken, veel minder akeling. Daarna nog een uur op onze jeep gewacht, die kon immers niet passeren zolang de buldozer nog aan het werk was. Een lunchstop gehad en verder richting landverschuiving 2: 2u wachten (de buldozers kregen de grote stenen niet opzij) tot we die te voet met onze bagage konden oversteken waar ons eigen transport ons opwachtte. Dit viel nog goed mee als je weet dat vele andere er met hun vervoer al van de vorige dag stonden aan te schuiven. Nog 3 uurtjes rijden via tropische valleien met terrasjes van rijstvelden en we waren eindelijk op onze bestemming: Kathmandu.
Eerste indrukken van Kathmandu: chaotisch, druk, vuil en onwelriekend. In Thamel (waar alle hotels/hostels zijn) leek het wel een doolhof en het krioelt er van Nepalezen, toeristen, toeristische
winkeltjes (die allemaal ofwel trekkingmateriaal ofwel pashmina's ofwel t-shirts verkopen - hippies komen hier ook wel aan hun trekken), restaurantjes en daar bovenop toeterend verkeer,
uilaatgassen, stof en file in straatjes die bij ons of verkeersvrij of eenrichting zouden zijn. Toch maar een reisgids gekocht om wegwijs te raken in de chaos.
In Kathmandu hebben we naast Thamel ook Durbar Square (UNESCO) bezocht, Pashupatinath waar we de tempels deelden met aapjes, koeien en honden. Daarnaast waren er ook mensen aan het baden in de
heilige rivier, vlak naast de sites waar mensen (ook op dat ogenblik) werden gecremeerd. Rustig kunnen wandelen in Bhaktapur (UNESCO en autovrij), bijna bestolen van mijn appel door een aap aan de
stoepa Swayanbhu - waarna de appel vliegensvlug in de rugzak verdween - en lekkere taart gegeten (black forrest chocoladetaart, en Tim had geen stukje voor Lies bewaard) in Freakstreet. Toch ook
nog even vermelden dat we een heel lekkere pizzeria hebben gevonden: Fire and Ice, een aanrader - nog eens iets anders dan alle rijst of Daal baht.
Na 4 dagen vonden we Kathmandu nog steeds vuil, druk en chaotisch en zijn we blij dat we richting bergen en Pokhara kunnen vertrekken.
Kuifje (en krullenbol) in Tibet
De feiten:
Lhasa ligt op 3600m hoogte. We zijn vele passen gepasseerd boven de 4000 en 5000m en zijn tot 5300m gestegen.
McDonalds heeft er nog geen vestiging (al is er wel een Chinese fastfoodketen Dico's). Esprit wel!
Cola en pepsi zijn ook volop aanwezig (en de varianten sprite, ice tea...). Lays nog niet.
In Tibet hebben we als eerste Lhasa bezocht, waarbij een rondleiding
hebben gehad - een gids is immers verplicht - in de Jokhangtempel en het Potalapaleis. In deze laatste krijg je maar een uur de tijd en je mag nergens foto's nemen. Rondgewandeld (steeds met de
klok mee) in de gezellige wijkjes met overal kraampjes en diepgelovige Tibetanen, meestal in traditionele kledij, met gebedskralen en molentjes, die ook steeds met de klok moeten meedraaien. Ook
rond het Potalapaleis gewandeld en het plein erover bezocht met een groot monument ter ere van de bevrijding van Tibet.
Op 11/9 zijn we onze rondreis begonnen in dit prachtig land. 4x4 toyata landcruiser richting Samye. De normale weg was immers te veel om dus dan maar off road gereden. Heerlijke fried yak momo's
gegeten alvorens te vertrekken richting Gyantse. Enkele bergpassen gedaan (tot meer dan 5200m) met de meest prachtige uitzichten. Bovendien lijken ze alles wat mooi is, heilig te noemen, waardoor
er ook niets aan veranderd mag worden. Dat hebben ze slim bedacht hier ;-)
De eerste sneeuw gezien bij de gletsjer en de eerste koude gevoeld. Ondanks de grote hoogte is het immers meestal zeer warm in het zonnetje. Het was het eerste voorsmaakje van hoe het zou voelen om
op 5000m te overnachten: wakker liggen van de kou dus.
Eveneens kennisgemaakt met trajectmeting dat ze hier al veel langer kennen dan bij ons. Op punt a pik je een formulier op met je vertrektijd en de verwachte aankomsttijd... voor punt b sta je een
half uur stil om niet te vroeg te passeren :-)
Verder via Shigatse (met de grootste boeddha ter wereld) en Sakya over de friendship highway - ook toevallig de plek waar we Remco en Melissa voor het 1 hebben gezien, onze vaste tafelgenoten
aangezien hetzelfde traject volgden en nu ook hier in Kathmandu verblijven - richting Rongbuk gereden... Mount Everest Basecamp (na een 5 tal pas- en permitcontroles) waar al de tentjes
klaarstonden van de eerste trekkers dit jaar. Helaas 2 dagen te veel wolken om Mt Everest volledig te zien.
Opnieuw off road naar Lao Tingri, langs de vele kudde yaks met nomadententjes bij en door te velden met gerst. Het ferme landschap maakte de 3u hobbelige weg (door berg, dal en rivier) zeker de
moeite waard. Eveneens een beeld gekregen van hoe de mensen hier leven. Het contrast is groot en onze 'basic' accommodatie (met overal elektriciteit (via zonne-energie) en met zo goed als overal
stromend water op de kamer en wel altijd enkele uren per dag warm water) lijkt luxueus in vergelijking met het dorpsleven hier. Mensen doen hun was en afwas en waarschijnlijk ook het douchen in de
rivier. Hun leven lijkt vooral te bestaan in het bewerken van de velden of het hoeden van hun kuddes.
Op 18/9 waren we al veel te vroeg bij de grens in Kodari - ook hier kwam de toyata goed van pas gezien de vele watervalletjes over/op de weg -, we hadden best nog wel wat verder dit mooie land
willen zien.
Prachtig land, inderdaad het dak van de wereld. Ons af en toe gewaagd aan een bergwandelingetje maar door de grote hoogte waren we al na 5 passen volledig buiten adem. Verder geen hoogtezieke, enkel op 5000m een lichte hoofdpijn bij Tim en over het algemeen hebben we ook wel niet zo goed geslapen.Hier komen we zeker nog eens terug (tenzij ze ook yakvlees naar Belgie beginnten te exporteren :-).
Tibet-China: 1-0
'Tibet was peacefully liberated in 1951.' Of dat is toch wat onze kaart van Lhasa ons vertelt. en het grote standbeeld met juichende Tibetanen dat over het Potalapaleis staat, moet ons hetzelfde
doen geloven.Onze gids daarentegen laat ons al meteen weten dat er wel wat soldaten rondlopen, zeker sinds 2008, en dat we bv in het Potalapaleis niet zomaar alles mogen zeggen. De soldaten in
burger verstaan daar immers Engels...
Toch zijn we vanaf dag 1 enthousiast over Tibet: we worden ontvangen met een traditionele witte sjaal,het land is supermooi (geen miljoensteden hier, veel bergen), de mensen zijn vriendelijker en
kunnen beter Engels, de kindjes roepen altijd enthousiast hello naar ons en zijn erg in hun nopjes als we hello terugroepen. Erwordt hier minder gerocheld (het zijn vooral de Chinese toeristen die
het hier doen) en ook de tempels vinden we hier mooier. Het eten is echt heel lekker (Yakburger, yakstoofpotje, yak sizzler, yaksteak, yakyoghurt, yakdumpling of domo zoals ze die hier noemen), het
smaakt ons beter dan in Chinaen je weet dat er zeker geen hond of kat op de menu staat. Over de boterthee zijn weminder enthousiast: beeld je een tas solo vloeibaar in, halflauw opgewarmd en je
komt dicht in de buurt.
Wat in Lhasa inderdaad in het straatbeeld het meeste opvalt zijn de Chinese soldaten en politie die overal opgesteld zijn, met groot geweer, meestal in de buurt van de belangrijkste tempels. Onze
gids Tikki is wel subtiel kritisch over de situatie met China en vertelt soms anekdotes over de Chinezen. In het Potalapaleis zei ze dat bij 1 van de eerste dalai lama's de Chinese gidsen altijd
heeluitgebreid vertellen omdat deze toen almet de Keizer van China contacten had - om dus eigenlijk te vertellen dat Tibet toen al bij China hoorde. Ook hebben de meeste Tibetanen een foto van de
verbannen dalai lama verborgen achter de foto van de door China verkozen lama.
Langs de andere kant merk je hoe moeilijk de situatie is voor hen: oppassen met wat je zegt, amper bewegingsvrijheid (bv speciale aanvraag nodig als je naar het buitenland wil reizen of naar de
bergen hier - die dan meestal niet wordt toegestaan), de tempel die enkel nog is opengesteld voor toeristen - de Tibetanen bidden buiten op de grond, ... Op een van de meest heilige bergen hebben
de Chinezen een grote tv-antenne geplaatst en ergens anders hebben ze de Tibetaanse gebedsjaals verbrand. Ook onze bewegingsvrijheid is beperkt: om te beginnen is er speciale permit die je
moet aanvragen voor je Tibet binnen mag, daarna vraag je er een andere aan om rond te reizen - waarbij je niet meer van je route mag afwijken, je bent verplicht een gids mee te nemen naar de
kloosters en tempels en andere belangrijke plaatsen.
We hebben enorm genoten van onze rondreis (verslag volgt) in dit mooie land en wat ons betreft verkiezen we Tibet boven de rest van China. Tibet - China: 1-0
Kris Kras door China
Ondertussen hebben we al een groot deel van China doorreisd. Na Peking en een rit van het station met een elektrische riksja, hebben we Pingyao bezocht, een
gezellig stadje dat UNESCO werelderfgoed is. Je krijgt er een goed idee van hoe ze hier vroeger leefden... de wederom massa's toeristen niet meegerekend natuurlijk. Ook weer heel vaak
gefotografeerd geworden... we moeten misschien toch maar overwegen daar onze eerste bijverdienste van te maken ;-) Ondertussen beginnen we er ons ook wel aan te ergeren, ze gapen ons echt na,
opvallender kan haast niet.
De volgende stop was Luoyang om van daaruit de Longmengrotten en de tempel van het Witte Paard te gaan.
Xi'an bezocht: shop-stad bij uitstek waar je waarschijnlijk interessantere zaakjes kan doen dan in NY. De vele pizza hutten, KFC's en McDonaldsen doen je helemaal vergeten dat je
naar het oosten bent gereisd ipv westwaarts. Ook Starbucks en Hagendasz vind je overal. Een daguitstap naar het Terracottaleger gemaakt dat minder groots was dan we hadden verwacht en een gezellige
fietstocht gemaakt op de oude stadsmuren. 's Avonds door de moslimwijk gekuierd, jammer dat we al gegeten hadden want de kebab rook er heerlijk.
Vervolgens horror in Chengdu, toch wat de taxirit betrof: iedereen rijdt rond zonder zich aan eender welke regel te houden behalve de wet van de sterkste. We waren allebei heel
content wanneer we mochten uitstappen... Verdere uitstapjes gebeurden dus telkens te voet.
Een weekend hoogtestage gehad in Emeishan (op 3000m)om de 4 wonderen te aanschouwen op de top van de berg... om uiteindelijk alleen maar wolken en mist te zien. De dag erop wel
mooi gewandeld in de bergen. Alleen jammer dat ook hier alles toerisme is: geen gezellige bergpaadjes langs de rivier, maar overal aangelegde paden met trappen (wat veel vermoeiender is dan gewoon
bergop of af te wandelen), souvenirstalletjes en tempels.
We hebben het gevoel dat we na 2 weken nog niet veel hebben gezien van het echte China. Enkel de Chinese toeristen hebben we leren kennen. Mogen we het andere China wel zien?
Toch nog wat Chinese opvallendheden om ons vorig lijstje aan te vullen: de kleine kindjes lopen rond met een gat in hun broek, jawel zonder kruis en de mannen lopen dikwijls met hun t-shirt half
omhoog, buik bloot. Ze kunnen idd de 'r' niet uitspreken en ook met de 's' hebbenze moeite.
In de supermarkt vinden we vaak vervallen producten (voor zover we er aanuit kunnen natuurlijk). We vermoeden dat alles wat bij ons niet verkocht wordt naar hier wordt verscheept en andersom worden
de lekkere delen van oa de kip hier gefileerd en naar ons opgestuurd. We vinden hier immers meestal alleen de kippenpootjes, -kop, -...
Treinreiziger in China
Na 4 treinreizen in 6 dagen kunnen we hier zeker een topic mee vullen. De trajecten: Peking - Pingyao - LuoYang - Xi'an - Chengdu, onze huidige locatie. Onze eerste treinreis, ondertussen al een
week geleden, was toch wel een belevenis: het station in Beijing was enorm groot en druk en alles was in het chinees te doen, nergens latijnse tekens. Al chance hadden we een gids bij zodat we op
onze andere treinreizen zelf wisten waar we naar moesten zoeken en hoe het werkte (de cijfers zijn wel leesbaar). En dan was het zover: het perron ging open, massa's Chinezen allen tegelijk dramden
naar de trein en wij moesten nog iemand zien te overtuigen zijn of haar ticket met ons te wisselen zodat we samen zouden kunnen liggen: het waren immers slaapwagons. De eerste keer vingen we mis:
een familie met 5 die niet wou wisselen. Nog 1 kans dus, erop of eronder.... (spanning opbouwen) maar deze keer hadden we prijs: een jonge Chinees die alleen reisde en meteen wou wisselen, oef.
Maar toen moest de treinreis nog beginnen...
Omdat het vrijdag was, was het drukker dan anders en we hadden enkel nog kaartjes voor een hardsleeper kunnen krijgen. Dit betekent 6 bedden in een klein compartiment, telkens 3 boveneen. De
onderste kan nog makkelijk rechtop zitten, de middelste ook redelijk, bovenaan absoluut niet. We moeten er waarschijnlijk niet bijvertellen dat we allebei bovenaan sliepen. Het enige voordeel is
dat je dan bij je bagage ligt, kan je die in het oog houden. Lies sliep nog redelijk goed (touristil maakt slaperig), Tim lag wakker te luisteren naar de snurkende Chinees onder Lies - blijkbaar
een kenmerkende eigenschapvan de mannelijke Chinees wist onze gids ons achteraf te vertellen. We wisten dat we rond 7u30 in Pingyao zouden aankomen en omdat de trein telkens maar kort halt hield,
stonden we startklaar om uit te stappen als het moest. Maar waar ben je op dat moment... geen idee en niemand kon het ons uitleggen of begreep ons. Gelukkig hadden we enkele Amerikanen in de wagon
die ons vertelden dat Pingyao de volgende stop was, anders hadden we nu ergens weet k veel waar gestaan.
Het voordeel van een hardsleeper: als je daarna in softsleeper reist - 4 bedden - kan je het alleen maar omschrijven als 'wat een luxe' en Lies haar geluk kon helemaal niet meer stuk toen er ook
een westerse wc bleek te zijn. Geen onnodige luxe als je 18 uur met de trein onderweg bent. En van dit traject naar Chengdu merkten we niet veel: we reisden door de bergen dus van tunnel naar
tunnel, in slakkengang. Ze mogen van ons hier ook een bullettrain inzetten, zoals naar Xi'an, dan hadden we er 5 uur over gedaan. Ferme treinen trouwens, de Chinezen zullen er ook zo over denken:
bij aankomstgavenze de trein immers meteeneen badje.
Wij zijn in elk geval content dat we de komende weken even niet meer met de trein moeten.
Zai Jian Beijing
De voorbije dagen hebben we op een rustig tempo Peking verder verkend, wat wel goed was gezien de biologische klok nog niet helemaal up to date is (gisteren was het 11u30 toen we opstonden...). In de Lama tempel zijn we bedolven onder wierrook en massa's biddende Chinezen. We prefereerden dan toch Confusius waar het zalig rustig was, zoals ook de heerlijke namiddag in het park van de tempel van de Hemel. 's Avonds had Lies een dipje (combinatie hitte, zon en antibiotica?) maar ze was er snel overheen na een lekkere steak in het Frans-Vietnamees restaurant Le Little Saigon. Een aanrader!
We hebben dan nog de Verboden Stad bezocht, Beijing Zoo, de Olympische site + park (met westerse wc: yes!) en morgen gaan we nog wat door de hutongs wandelen alvorens we de slaaptrein nemen naar Pingyao. Voorlopig liggen we elk in een ander compartiment wat voor mij als vrouw toch wel ‘inconvienient' is... maar het reisbureau zorgt voor een gids die onze kaartjes zal ruilen.
We zullen de massa's massa's toeristen niet missen - hopelijk zullen we dan ook wat minder gefotofrafeerd worden. Na Pingyao reizen we door naar Luoyang, Xi'an en vervolgens Chengdu.
Kim: het boekje gaat standaard mee en is al goed van pas gekomen ?
Ruth & Charlotte: Panda's gezien in de zoo, maar in Antwerpen hebben alle dieren toch een beter plekje dan hier.